“Ik groeide op in Ieper als een ‘pietjepek’ en genoot van een zorgeloze jeugd samen met mijn broers. Papa werkte veel. Maar de weinige vrije tijd die hij had, spendeerde hij samen met ons als gezin. We koesterden een goede band met hem. Na een slepende ziekte stierf hij 14 jaar geleden, dat was een grote klap voor ons.
Op school volgde ik Handel, maar was geen studente. Ik hield niet van leren. En bovendien keek ik op tegen het idee om hele dagen in ‘de papieren’ te zitten. Werken met mensen daarentegen sprak me enorm aan. Zo sloeg ik een volledig andere weg in koos voor de opleiding ‘verzorging’. Tijdens mijn opleiding mocht ik stage lopen in een woonzorgcentrum. Vanaf dag één was ik verkocht! Dit was mijn lang leven, hierin wou ik verder!

Toen ik afstudeerde als zorgkundige, kon ik meteen starten bij de Kliniek Zwarte Zusters Ieper. Op alle diensten heb ik gewerkt, van de verzorging tot het vervoer van patiënten. Dat waren zeven zalige jaren! Ik was er graag gezien, zowel onder de patiënten als de collega’s en de dokters. Iedereen kende iedereen.
Eind jaren negentig was er sprake van een fusie onder drie regionale kleine ziekenhuizen: de Kliniek Zwarte Zusters Ieper, Mariaziekenhuis Poperinge en OLV-ziekenhuis Sint Jan. Nu gekend als het Jan Ypermanziekenhuis. Dit zag ik helemaal niet zitten, dit leek mij veel te groot te worden.
Op een zondagavond in december van het jaar 1996 sloeg het noodlot toe in Home Vrijzicht Elverdinge. Een tv implodeerde en er ontstond een hevige brand. Heel wat bewoners werden geëvacueerd en naar omliggende ziekenhuizen gebracht. Zo ook naar Kliniek Zwarte Zusters Ieper waar ik toen aan het werk was. Een deel van het woonzorgcentrum was onbewoonbaar verklaard. Zo verbleven bewoners een tijd bij ons en kwam het personeel vanuit Elverdinge ons bijstaan in de verzorging. Beetje bij beetje leerde ik de mensen, de collega’s, het huis beter kennen.
Toen een vacature nachtmedewerker openstond, twijfelde ik niet en solliciteerde ik meteen. Ik had geluk en mocht meteen aan de slag. In het begin was het aanpassen van dag- naar nachtwerk. Ik miste de sociale contacten maar algauw bouwde ik een nauwe band op met de bewoners. Intussen zijn we 24 jaar verder en werk ik nog steeds als nachtzorgkundige bij Home Vrijzicht.
Wat mij het meest voldoening geeft, is dat ik er kan zijn voor onze mensen. Op het einde van de dag willen bewoners vaak hun verhaal even kwijt, soms liggen ze te piekeren of kunnen ze de slaap niet vatten. Zo maak ik tijd voor hen en kom ik even bijzitten.
Contact met familie gebeurt iets minder maar als dit gebeurt is dit vaak wanneer de gezondheidssituatie van de bewoner sterk achteruit gaat. Soms wanneer ze op sterven liggen. Als nachtmedewerker gaan we geregeld de kamer binnen. Ik vind het belangrijk om zorg te dragen zowel voor de bewoner als de familie, zeker op zo’n momenten.
Ook het contact met de collega’s is waardevol, denk maar aan de overdracht tussen ons en de medewerker van de laat- en vroegdienst. Zorg voor onze bewoners stopt niet, is continue nodig om op te volgen.
De midweek met onze bewoners zijn hoogdagen voor me! Met veel plezier engageer ik me hiervoor. Zo graag zelfs dat ik buiten mijn comfortzone ga. Een optreden geven terwijl het angstzweet op het podium me uitbreekt. Vorige editie maakte ik voor de volledige groep scampi’s klaar.
Samen een onvergetelijke week voor onze bewoners bezorgen, dat vind ik de max! Zo mooi om te zien hoe de volledige groep bewoners, vrijwilligers en medewerkers een hechte groep vormen.
Mijn vrije tijd spendeer ik het liefst in onze keuken en tuin. Genieten van het goede weer met een lekker hapje en drankje samen met mijn man, Kurt. We zijn al 22 jaar een koppel en zijn onlangs, in 2020 getrouwd. In volle coronaperiode trokken we in alle rust en enkel met ons tweeën richting stadhuis! We zijn gelukkig samen.”
Cindy Bruneel, de “nachtvlinder”
nachtzorgkundige
Volg de verhalen op onze Facebookpagina.